RSS

Peach Blossom Spring, bij het bericht van Cobra van 13 maart 2017

14 mrt

In de rapportage over de Ascentie Conferentie in Taiwan 11 en 12 maart 2017 heeft Cobra bekend gemaakt dat er belangrijke projecten zijn geïnitieerd, en dat enkele van deze projecten zijn gerelateerd aan “Peach Blossom Spring” (‘perzikbloesem lente’).
https://en.wikipedia.org/wiki/The_Peach_Blossom_Spring
Hieronder vind je de vertaling van dit essay door Tao Qian.

Introductie

Tao Qian (T’ao Ch’ien, of Tao Yuanming, 376-427 CE) was een man in het zuidelijk deel van China tijdens de periode van de oosterse Yin dynastie (317-420) en de periode daarna, de Liu Song (420-479); de tijd waarin China was verdeeld tussen noordelijke en zuidelijke dynastieën.
De jaren tussen de uiteindelijke instorting van de Han dynastie in 220 CE, en de hereniging van noord en zuid in de Sui dynastie in 589, waren gekarakteriseerd door oorlogen en instabiliteit.
De machthebbers en elite van het zuiden waren gemarteld door het verlies van het noorden aan verscheidene niet-Chinese (vooral Turkse) machthebbers. Zowel in noord als zuid volgde het ene na het andere machtsbolwerk elkaar op.
Het was in deze context van instabiliteit dat Tao Qian, een functionaris, wetenschapper en poëet, zijn fameuze essay schreef, “Peach Blossom Spring”.

“Peach Blossom Spring”, door Tao Qian

Gedurende de regeringsperiode T’ai yuan [326‑97] van de Chin dynasty woonde in Wu-ling een zekere visser. Op een dag, toen hij de loop van een stroom volgde, vergat hij de afstand die hij had afgelegd. Plotseling kwam hij terecht in een bos met bloesemende perzikbomen, dat zich honderden passen langs de oevers uitstrekte. Er stond geen enkele andere boom tussen, maar er waren geurende bloemen, delicaat en prachtig voor de ogen, en de lucht was gevuld met dwarrelende blaadjes van de perzikbloesem.

De visser, verrukt, ging verder om te ontdekken waar het bos zou ophouden. Het eindigde bij de bron van de stroom; en er was een heuvel. In de zijkant van de heuvel was een kleine opening waardoor hij een glimp van licht dacht te zien. De visser verliet zijn boot en ging door de opening.

Het was eerst bijna te krap om hem door te laten, maar toen hij een paar dozijn stappen had genomen opende het zich en liet in open daglicht vlak land zien met indrukwekkende gebouwen die tussen rijke velden en plezierige vijvers stonden, allemaal gevuld met moerbeibomen en bamboe. Verbindende paden leidden overal naartoe, en hij kon de kippen en honden op de boerderijen horen.
Mensen kwamen en gingen en werkten in de velden. Zowel de mannen als de vrouwen waren gekleed als de mensen daarbuiten; witharige ouderen en kinderen leken gelukkig en blij.

Enkelen die de visser opmerkten begonnen zeer verrast aan hem te vragen waar hij vandaan kwam. Hij vertelde hun zijn verhaal. Toen nodigden zij hem uit in hun huis, waar zij wijn klaarzetten en kippen slachtten voor een feest.
Toen het nieuws van zijn komst zich door het dorp verspreidde kwam iedereen om vragen aan hem te stellen. Van hun kant vertelden zij hoe hun voorvaderen, die vluchtten voor de ellende in de eeuw van Ch’in, met hun vrouwen en buren naar deze geïsoleerde plek waren gekomen, om het nooit meer te verlaten. Vanaf dat moment waren zij afgesneden van de buitenwereld.
Zij vroegen welke eeuw het was; zij hadden zelfs nooit gehoord van de Han, laat staan zijn opvolgers de Wei en de Chin.

De visser beantwoordde al hun vragen volledig; zij waren verrast en zuchtten over wat hij te vertellen had. Iedereen nodigde hem daarna uit in hun huizen, en in elk huis werd voedsel en wijn voor hem gezet.
Het was pas na een verblijf van verschillende dagen dat hij vertrok.

“Spreek niet over ons met de mensen hierbuiten” zeiden zij. Maar toen hij terug was bij zijn boot en zijn oorspronkelijke route terug volgde, markeerde hij deze punt na punt, en toen hij de prefectuur had bereikt verzocht hij om audiëntie bij de prefect en vertelde hem dit alles.
De prefect stuurde onmiddellijk officieren erop uit om met de visser mee te gaan. Hij zocht naar de markeringen die hij had gemaakt, maar raakte in de war en vond de weg nooit meer terug.

De geleerde en virtuoze kluizenaar Liu-Tzu-chi hoorde dit verhaal en ging op pad om dit Shangri-la te vinden. Maar het lukte hem niet, en stierf uiteindelijk aan een ziekte. Sinds die tijd zijn er geen andere “zoekers naar het fort” geweest.

Bronnen: http://afe.easia.columbia.edu/ps/china/taoqian_peachblossom.pdf en http://www.gutenberg.org/etext/2090

[de Engelse vertaling is door Veronica naar het Nederlands vertaald]

 

 
Een reactie plaatsen

Geplaatst door op 14 maart 2017 in Cobra

 

Tags: , ,

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.